Pianist, orkestleider en componist.
Geboren als Tanturi, Ricardo 27 januari 1905 (Buenos Aires). Bijnaam: El caballero del Tango.
Overleden 24 januari 1973 (Buenos Aires).
Gepubliceerd 18 december 2025
Inleiding
Ricardo Tanturi werd in de wijk Barracas geboren als zoon van Italiaanse ouders. Hij leerde viool bij Francisco Alessio, de nonkel van de later bekende bandeneonspeler Enrique Alessio [1]. Hij liet zich echter beïnvloeden door zijn broer Antonio die pianist en medeorkestleider van het Orquesta Típica Tanturi-Petrone [2] was. Ricardo koos uiteindelijk voor piano en Antonio werd zijn leraar.
[1] en [2]
[1] Enrique Carmelo Alessio (1918 – 2000) was een Argentijns bandoneonspeler en orkestleider. Hij componeerde ook enkele tango’s zoals ‘Cantemos corazón’ en ‘Te odio y te quiero’.
[2] Antonio Tanturi was pianist, orkestleider en componeerde enkele tango’s. Van Petrone weten we niets. Beide heren werkten samen, hier een opname
Muziekloopbaan
Hij begon zijn artistieke carrière in 1924 in clubs en op liefdadigheidsfestivals. Samen met zijn broer Antonio traden ze op voor LOY Radio Nacional, de latere Radio Belgrano. Op de universiteit waar hij geneeskunde studeerde, vormde hij met Raúl Sánchez Reynoso en Antonio Arcieri een jazzband met zanger Juan Carlos Thorry en veel muzikanten die zich later bij zijn orkest zouden voegen.
Sexteto Los Indios
Begin jaren ’30 richtte hij het sextet “Los Indios” op als eerbetoon aan een poloteam waar hij fan van was. Bandoneonspelers Emilio Aguirre en Francisco Ferraro, violisten Antonio Arcieri en Pibetti, contrabassist Emilio Méndez en Ricardo zelf als pianist en orkestleider vormden samen het ensemble.
Het orkest debuteerde in het Alvear Palace Hotel en speelde in bioscopen en theaters. Later entertainden ze de zomerseizoenen op het legendarische terras van Hotel Carrasco in Montevideo. Hun introductienummer was er de mars ‘Carrasco’ [3].
Later werd het aankondigingsnummer de tango ‘Los indios’ van Francisco Canaro. Tanturi’s eerste opname dateert van 1937 met ‘Tierrita’ en ‘A la luz del candil’ [4]. Tijdens een van zijn optredens ontmoette hij Osvaldo Valle, artistiek directeur van Radio el Mundo waarvan Ricardo Tanturi een centraal figuur werd.
- ‘Carrasco’ (Marcha) zang Carlos Ortega 1938 beluister
- ‘ Los indios’ Tanturi zette het zelf niet op plaat, dus een versie van componist Canaro beluister
[3] – [4]
[3] ‘Carrasco’ een mars gecomponeerd door Tanturi met tekst van zanger Carlos Ortega.
[4] ‘Tierrita’ gecomponeerd door Agustín Bardi. ‘A la luz del candil’ gecomponeerd door Carlos Geroni Flores met tekst van Alfredo Navarrine.
Orquesta Típica Ricardo Tanturi y Los Indios
Wanneer het ensemble van een sextet uitgroeide tot een orquesta típica is onduidelijk. Wat we wel zeker weten is dat het succes van het orkest in 1939 begon met de intrede van de iconische zanger Alberto Castillo.
Alberto Castillo
Tanturi lijfde Alberto Castillo in die vervolgens een grote publiekstrekker werd. Castillo met zijn perfecte melodie, meesterlijke vaardigheid in het gebruik van toonhoogtes en mezza voce [5], kon het publiek volledig inpakken.
Castillo stak tederheid en gevoel in de muziek. Hij zong suggestief en sloeg soms een humoristische toon aan. Met zijn overdreven gebaren maakte hij er een echte show van. Een podiumbeest was hij, altijd elegant gekleed en verzorgd, zo populair bij vrouwen dat hij als gynecoloog stopte. Vrouwen verzonnen allerlei kwaaltjes om toch maar bij hem te geraken.
Nachtclubs, bars en grote salons van Buenos Aires, Montevideo, Mar del Plata en Rosario stroomden vol om hem aan het werk te zien.
- ‘Así se baile el tango’ zang Alberto Castillo 1942 beluister
- ‘Madame Ivonne’ zang Alberto Castillo 1942 beluister
Tanturi liet met zijn orkest de hoofdrol aan Castillo over zoals daarna ook met zijn opvolger, de Uruguayaan Enrique Campos. De tijd van de estribillistas, zangers die maar één strofe zingen, was voorbij. Eind jaren ’40 speelden ook in andere orkesten zangers een belangrijkere rol. Met Castillo nam Tanturi 37 nummers op maar in 1943 begon Alberto Castillo aan een solo-carrière.

[5]
[5] Mezza voce, letterlijk halve stem of zingen met ingehouden stem, zodat het stemgebruik eerder op zacht spreken dan op zingen lijkt.
Enrique Campos
Net als Castillo besteedde Enrique Campos veel aandacht aan communicatie met het publiek. Zijn stem had een heel andere klankkleur, wel gevoelig maar eerder ingetogen. Achter hem klonk het orkest zelfverzekerd, precies en bijna perfect wat het geheel zeer dansbaar maakt. De 51 liedjes die Tanturi en Campos samen opnamen, werden zo een schatkamer van het genre. Maar het orkest zou de pracht en praal van de periode met Castillo niet meer evenaren.
In Uruguay, zijn geboorteland, gebruikte Campos de artiestennaam Eduardo Ruiz. In Argeninië echter zongen al twee mannen onder de naam Ruiz. Daarom opende hij een telefoongids en koos willekeurig voor “Campos”.
In 1946 verliet Campos Tanturi om bij Francisco Rotundo te zingen. Het orkest kende vervolgens succes met Osvaldo Ribó en Roberto Videla. In de jaren ’50 bliezen Juan Carlos Godoy en Elsa Rivas de populariteit van Tanturi nieuw leven in.
- ‘Muchachos comienza la ronda’ zang Enrique Campos 1943 beluister
- ‘Una emoción’ zang Enrique Campos 1943 beluister
- ‘Muriéndome de amor’ zang Elsa Rivas 1957 beluister
Ricardo Tanturi als componist
Tanturi heeft 16 nummers gecomponeerd maar ze bleven relatief onbekend. De meeste bracht hij alleen zelf op plaat uit, op een paar uitzonderingen na:
- ‘Lazos de seda’ Orquesta Típica Victor 1926 beluister
- ‘Mozo guapo’ (M) Miguel Villasboas beluister
- ‘Pocas palabras’ Ensemble Hyperion zang Ruben Peloni 2010 beluister
- …
Lijst composities Ricardo Tanturi met zijn opnames op volgende bladzijde.